N.a.v. “ En zij hebben hem overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad tot in de dood.” (Openbaring 12:11 HSV),
vind ik het belangrijk om mijn getuigenis met u te delen.
Geboren ben ik op een boerderij bij Espel als vijfde van een gezin met uiteindelijk zes kinderen (drie jongens en drie meisjes). Onze ouders hebben beide niet met hun eerste liefde mogen trouwen omdat die naar een andere kerk gingen. En dit hebben wij ervaren. Moeder wilde na een paar jaar huwelijk en twee kinderen scheiden, maar in die tijd was dat nog niet zo makkelijk.
Toen ik in therapie zat (één van de vele en meest intensieve) vroeg de psychiater op enig moment wat ik rond mijn zevende levensjaar had meegemaakt. Omdat ik mij dat toen niet kon herinneren ging ik bij mijn moeder te rade. Ook zij wist dat niet meer maar kon mij wel vertellen dat ze mij niet gewild had en dat ze mij op vier jarige leeftijd alleen achtergelaten had bij de kleuterschool op een vrije woensdagmiddag…
Via mijn oudste zus kwam ik te weten dat rond mijn zevende – achtste levensjaar ik mijn beste vriendje door de verdrinkingsdood heb verloren en niet goed afscheid heb kunnen nemen van hem mede omdat zijn ouders hem de dag na zijn verdrinking met z’n tweeën hebben begraven.
Ook herinnerde zij mij er aan dat in die tijd een broer van ons voor het eerst opgenomen is geweest op de psychiatrische afdeling van een ziekenhuis.
Later herinnerde ik zelf dat ik in die periode zichtbaar voor de klassen 3 en 4 en hoorbaar voor de hele school voor schut gezet ben en uitgescholden door mijn toenmalige meester.
Ik heb van jongs af aan het idee gehad dat ik mijn vader als boer moest opvolgen. Na de lagere school maakte ik dus de keuze voor de landbouwschool. In het eindexamenjaar scheiden mijn ouders. Na mijn examen kwam ik thuis te werken om na een aantal jaren het bedrijf over te nemen. Maar het alleen wonen en werken met mijn vader die op z’n zachts gezegd niet erg complimenteus was ging niet goed. Ik ging zelfstandig wonen en vond elders werk.
Als jong volwassene ben ik door mijn eerste grote liefde aan de kant gezet omdat ik toen geen seks met haar wilde. Ik ben twee keer gescheiden van de moeder van onze kinderen. En zo zijn er meer dingen in mijn leven voorgevallen (vanwege de privacy van betrokkenen deel ik die hier niet) die niet een positieve invloed op mijn leven hebben gehad. Of misschien beter gezegd, wel een negatieve invloed.
Naast negatieve ervaringen waren/zijn er natuurlijk ook positieve en mooie ervaringen.
Ik heb de boerderij over mogen nemen, ik heb de eerste levensjaren van onze kinderen bijna volledig voor hen mogen zorgen en tot hen 14-15e levensjaar als co-ouder. Ik heb na de landbouwschool nog verschillende andere opleidingen mogen volgen en o.a. in de logistiek en detailhandel mogen werken (en zelfs een eigen [web]winkel gehad). Na meer dan tien jaar alleen geweest te zijn leerde ik in juni 2016 mijn huidige vrouw Arenda kennen. Zij is een zeer God vrezende, lieve, trouwe, mooie, van mensen houdende en in het bijzonder van kinderen houdende, sportieve, muzikale, creatieve en schrijf-vaardige vrouw. Met haar mag ik nu in een voormalig kerkgebouw wonen waar wij al vele mensen tijdelijk onderdak hebben mogen verlenen.
Maar het mooiste in mijn leven is dat ik ervaar dat de Drie-enige God mij nooit losgelaten heeft en dat ik Hem elke dag nog beter mag leren kennen.
Ik geloof dat de impact van een traumatische ervaring ook afhankelijk is van de persoon die dat trauma meemaakt. Ook al hebben mijn broers en zussen allemaal dezelfde vader en moeder als ouder, toch hebben wij alle zes heel verschillend gereageerd op hen als ouder. Ik geloof zelfs dat ieder mens zelf een bepaald aandeel heeft in de impact van het trauma op zijn of haar leven. Dit kan door karaktereigenschappen zijn, maar ook door bijvoorbeeld een houding. Hoe het ook zij, de spanningen die er tussen onze ouders waren hebben mij doen terugtrekken. Wanneer een mens nare ervaringen heeft is het juist goed om die ervaringen te delen. Ik deed dit niet waardoor ik in de problemen kwam. Met vele therapieën als resultaat. Maar zodra ik een vriendinnetje had was er geen therapie nodig. Bij mijn weten was ik daar geen uitzondering in. Ra ra, hoe kan dit?
Bij mij kwam dit in ieder geval omdat ik in een relatie mijn leven met al haar mooie en ook met alle nare ervaringen kon delen.
Van huis uit ben ik christelijk opgegroeid. Wij gingen naar de kerk en er werd thuis uit de bijbel gelezen en stil gebeden. Van een persoonlijke relatie met de Drie-enige God wist ik niet. Toen ik zelfstandig ging wonen ging ik niet meer naar de kerk. Ondanks dat ik toen nog niet wist van een persoonlijke relatie met God, ervoer ik toen wel een duidelijk gemis. Ik kwam weer in de kerk terecht, volgde belijdenis catechisatie, deed belijdenis en enkele jaren later werd ik actief bij Youth for Christ en deed zelfs voor een korte periode Jeugd en Jongeren Pastoraat. Maar ik ervoer meestal nog dat mijn leven niet was zoals het misschien kon of zelfs wel behoorde te zijn. Ik was niet happy met mijn werk, er waren lange periodes dat ik de kerk niet bezocht en zelfs niet bij een kerk aangesloten was, de scheidingen, ik zat veel in therapie en er waren periodes dat ik porno keek. Ik had sowieso een verkeerd beeld van seks. Het zal rond mijn 13e geweest zijn toen ik voor het eerst een seksboekje onder ogen kreeg. Ondanks dat ik al veel porno gezien had toen ik mijn eerste vriendinnetje kreeg, ging mijn hart toen nog niet uit naar seks. Pas toen zij mij afwees omdat ik toen nog geen seks met haar wilde, is er bij mij een knop om gegaan; “meisjes/vrouwen en seks horen schijnbaar bij elkaar”. Dit beeld werd bevestigd door drie van de vier vriendinnetjes die ik daarna kreeg. En tegelijk ervoer ik dat dit beeld niet klopte. Ik las in de bijbel wat anders en ook de kerk preekte wat anders. Menig keer ben ik gestopt met porno kijken en een even zoveel keer begon ik er weer mee.
In 2009 hoorde ik van een kerk(je) waar meer en duidelijker Gods onvoorwaardelijke liefde beleeft en doorleeft werd. In die periode ging ik heel intensief de bijbel lezen. Toen kwam de persoonlijke relatie met onze Drie-enige God. En net toen ik weer teleurgesteld werd, ervoer ik dat God heel persoonlijk tegen mij sprak en mij dringend vroeg om mijn levens verhaal te delen in de gemeente. En dan vooral de dingen die fout waren gegaan. Zeg maar, een ‘schuldbelijdenis’ te doen. Er brak een enorme strijd uit (wel-niet doen en indien wel, wat dan wel en wat niet belijden…) en aan de andere kant ervoer ik een enorme rust, dat ik alles kon delen en dat het goed zou komen. Ik weet het nog goed, Moederdag 2009. Wanneer anders de kinderen er in de dienst altijd bij waren, waren zij nu naar een andere ruimte om een verrassing voor hun moeders te maken…
Deze schuldbelijdenis was de grootste omslag in mijn leven. Niet dat alles daarna in mijn leven direct allemaal goed ging, maar ik wist mij meer en zekerder omringd door God en dat Hij onvoorwaardelijk van mij houdt. Onafhankelijk dus van wat ik wel of niet doe (en wat andere mensen daarvan vinden).
Wij mensen worden door de wereld zo verleid om zelf te presteren, om zelf goed te doen, dat als dit niet lukt, wij de indruk/het gevoel krijgen te falen. Dit is een vernietigend iets.
Terwijl ik dit schrijf krijg ik een telefoontje van een oud bewoonster. De man waar zij hier samen mee leefde heeft zelfmoord gepleegd. Hij was weer depressief. Hij faalde volgens de normen van de wereld…
Door verschillende behandelaars zijn bij mij meerdere diagnoses gesteld en heb ik meerdere etiketten opgeplakt gekregen. Zelf geloof ik niet in die etiketten. Ik lees in de bijbel niet dat Jezus etiketten uitdeelde zoals dit in de wereld gebeurt. Een (misschien wel extreem) voorbeeld is Hitlers politiek, zijn extreem-racistische nazi-ideologie waarbij een ras van als Arisch beschouwde übermenschen moest worden gecreëerd. Dat leidde tot de systematische uitroeiing van miljoenen die als untermenschen gezien werden, zoals Joden, maar ook Slavische volkeren, Roma, gehandicaptenen andere niet-Joodse slachtoffers van het naziregime, in de Holocaust (bron https://nl.wikipedia.org/wiki/Adolf_Hitler).
Uitroeiing ervaren wij hier misschien niet meer. Maar uitsluiting des te meer (zelfs binnen kerken).
De drie-enige God wil niemand uitsluiten. Lees de volgende teksten maar eens:
“Zou Ik werkelijk behagen scheppen in de dood van de goddeloze? spreekt de Heere HEERE. Is het niet, wanneer hij zich bekeert van zijn wegen, dat hij zal leven?” (Ezechiël 18:23 HSV)
“Ik schep immers geen behagen in de dood van een stervende, spreekt de Heere HEERE, dus bekeer u en leef!” (Ezechiël 18:32 HSV)
“Zeg tegen hen: Zo waar Ik leef, spreekt de Heere HEERE, Ik vind geen vreugde in de dood van de goddeloze, maar daarin dat de goddeloze zich bekeert van zijn weg en leeft! Bekeer u, bekeer u van uw slechte wegen, want waarom zou u sterven, huis van Israël?” (Ezechiël 33:11 HSV)
“En hij stond op en ging naar zijn vader. En toen hij nog ver van hem verwijderd was, zag zijn vader hem en deze was met innerlijke ontferming bewogen en hij snelde hem tegemoet, viel hem om de hals en kuste hem.” (Lukas 15:20 HSV)
“Want deze, mijn zoon, was dood en is weer levend geworden. En hij was verloren en is gevonden. En zij begonnen vrolijk te zijn.” (Lukas 15:24 HSV)
“Wij zouden dan vrolijk en blij moeten zijn, want deze broer van jou was dood en is weer levend geworden. En hij was verloren en is gevonden.” (Lukas 15:32 HSV)
“Die wil dat alle mensen zalig worden en tot kennis van de waarheid komen.” (1 Timotheüs 2:4 HSV)
“Want er is één God. Er is ook één Middelaar tussen God en mensen, de mens Christus Jezus. Hij heeft Zich gegeven als een losprijs voor allen. Dit is het getuigenis op de door God bestemde tijd.” (1 Timotheüs 2:5-6 HSV)
“De Heere vertraagt de belofte niet (zoals sommigen dat als traagheid beschouwen), maar Hij heeft geduld met ons en wil niet dat enigen verloren gaan, maar dat allen tot bekering komen.” (2 Petrus 3:9 HSV)
“Zoek de HEERE terwijl Hij te vinden is, roep Hem aan terwijl Hij nabij is.” (Jesaja 55:6 HSV)
“Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en voor wie klopt zal opengedaan worden. Of is er iemand onder u die zijn zoon een steen zal geven, als hij om brood vraagt? Of als hij hem om een vis vraagt, zal hij hem een slang geven? Als u, die slecht bent, uw kinderen dan goede gaven weet te geven, hoeveel te meer zal uw Vader, Die in de hemelen is, goede gaven geven aan hen die tot Hem bidden.” (Mattheüs 7:8-11 HSV)
“Want ieder die bidt, die ontvangt; wie zoekt, die vindt; en wie klopt, voor hem zal er opengedaan worden. Welke vader onder u zal aan zijn zoon, als hij hem om brood vraagt, een steen geven, of ook als hij om een vis vraagt, hem in plaats van een vis een slang geven, of ook als hij om een ei vraagt, hem een schorpioen geven? Als u die slecht bent, uw kinderen dus goede gaven weet te geven, hoeveel te meer zal de hemelse Vader de Heilige Geest geven aan hen die tot Hem bidden?” (Lukas 11:10-13 HSV)
“Laat de goddeloze zijn weg verlaten, de man van ongerechtigheid zijn gedachten. Laat hij zich bekeren tot de HEERE, dan zal Hij Zich over hem ontfermen, tot onze God, want Hij vergeeft veelvuldig.” (Jesaja 55:7 HSV)
“Waarmee zal ik de HEERE tegemoet gaan en mij buigen voor de hoge God? Zal ik Hem tegemoet gaan met brandoffers, met eenjarige kalveren? Zou de HEERE behagen scheppen in duizenden rammen, in tienduizenden oliebeken? Zal ik mijn eerstgeborene geven voor mijn overtreding, de vrucht van mijn moederschoot voor de zonde van mijn ziel? Hij heeft u, mens, bekendgemaakt wat goed is. En wat vraagt de HEERE van u anders dan recht te doen, goedertierenheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God.” (Micha 6:6-8 HSV)
“Zij zeiden dan tegen Hem: Wat moeten wij doen, opdat wij de werken van God mogen verrichten? Jezus antwoordde en zei tegen hen: Dit is het werk van God: dat u gelooft in Hem Die Hij gezonden heeft.” (Johannes 6:28-29 HSV)
“en hij bracht hen naar buiten en zei: Heren, wat moet ik doen om zalig te worden? En zij zeiden: Geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig worden, u en uw huisgenoten.” (Handelingen 16:30-31 HSV)
“maar heb ik eerst aan hen die in Damascus en in Jeruzalem en in heel het land van Judea woonden, en later aan de heidenen verkondigd dat zij tot inkeer moesten komen, zich tot God bekeren en werken doen die in overeenstemming zijn met de bekering.” (Handelingen 26:20 HSV)
“Want Hem Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem.” (2 Corinthiërs 5:21 HSV)
“Doe niets uit eigenbelang of eigendunk, maar laat in nederigheid de een de ander voortreffelijker achten dan zichzelf. Laat eenieder niet alleen oog hebben voor wat van hemzelf is, maar laat eenieder ook oog hebben voor wat van anderen is. Laat daarom die gezindheid in u zijn die ook in Christus Jezus was,” (Filippenzen 2:3-5 HSV)
“En Hij is een verzoening voor onze zonden; en niet alleen voor de onze, maar ook voor de zonden van de hele wereld.” (1 Johannes 2:2 HSV)
“Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden.” (Johannes 3:16-17 HSV)
Heel graag wil ik afsluiten met de volgende tekst:
“Als wij het getuigenis van de mensen aannemen, het getuigenis van God is groter; want dit is het getuigenis van God dat Hij van Zijn Zoon getuigd heeft.” (1 Johannes 5:9 HSV)